Lang niet alle materialen waren nog bruikbaar. Zo waren er van de oorspronkelijke 70 pompen nog maar 31 bruikbaar. De wederopbouw was alleen mogelijk met een aanzienlijke kapitaalsinjectie. Sponsoren en fondsen werden bereid gevonden om in euro’s of in materialen een bijdrage te leveren. In totaal was hier ruim € 250.000,00 mee gemoeid.
Was erbij het oorspronkelijke waterorgel nog sprake van pompen en lampen die op vlonders gemonteerd waren, bij de wederopbouw werd uitgegaan van een zestal frames die op de bodem van de vijver zouden worden geplaatst. Op deze frames zouden de pompen en lampen bevestigd worden.
De plaatsbepaling van deze frames in de vijver kwam tot stand met medewerking van studenten van de opleiding Infrastructuur van het ROC.